top of page

Interview: Branko Hagen

Wie zijn de initiatiefnemers van het project De Route van School naar Werk? Wat is hun unieke bijdrage aan het project en hoe verliep hun eigen route van School naar Werk?

Branko Hagen, zelfstandige, heeft veel ervaring op het gebied van werk, inkomen en specifiek met het bemiddelen van mensen die van jongs af aan met beperkingen leven. Tijdens het praktijkjaar van zijn studie Sociologie in de jaren 80 ging hij aan de slag bij de Werklozenbond van Utrecht. Na zijn studie onderzocht hij arbeidsprojecten voor mensen met psychiatrische problematiek. Op dat pad is hij doorgegaan: hoe kunnen mensen met een beperking deelnemen aan werk?


Hoe zag jouw eigen route van school naar werk eruit? “Als je het geluk hebt dat je kunt gaan studeren, zoals ik dat had, dan heb je een hele lange doorloop tot je van school naar werk gaat. Ik studeerde af in de jaren 80 en het was toen niet makkelijk om werk te vinden. Daarna had ik vervangende dienstplicht en die tijd heb ik goed benut. Pas dan leer je echt werken en ontdekken waar je interesses liggen. En die werkervaring heeft me wel gevormd.

Ik heb tijdens mijn studie een praktijkstage gedaan bij de Werklozenbond. Veel mensen misten daar de boot op werkgebied. Later heb ik de eerste ontwikkelingen bestudeerd om ondersteuning naar werk voor mensen met een beperking en psychiatrische problematiek te bieden. Ik merkte dat de wens om te werken bij deze mensen echt heel groot was is, maar er was simpelweg nauwelijks adequate ondersteuning beschikbaar. Daarna ben ik voor de GMD gaan werken (voorganger van UWV, toen verantwoordelijk voor bemiddeling van mensen met een beperking) en me meer in groepen van mensen met een beperking verdiept met de vragen: Wat is hun ondersteuningsvraag? Hoe kun je daar passende ondersteuning voor ontwikkelen? Wat is beleidsmatig nodig? En Hoe kunnen professionals de goede ondersteuning bieden?

In die periode heb ik me ook gespecialiseerd in mensen met een beperking die dat al van jongs af aan zijn. In die tijd (medio jaren 90) werd het meer algemeen gebruik dat scholen en de bemiddelingsinstantie samenwerken om de jongeren te ondersteunen bij een soepele overgang van school naar werk. Het wordt nog wel eens vergeten dat doorstroom naar de arbeidsmarkt toen niet gebruikelijk was. Voor het eerst kwam voor deze groep apart budget vrij voor bemiddeling en jobcoaching. Later, heb ik bij Kennisinstituut Vilans onderzoek gedaan naar wat Cluster 4 scholen doen voor de werktoekomst van hun leerlingen. En de basis gelegd van wat nu bekend staat als ‘Ik ben Harrie’, over begeleiding op de werkplek door een collega."


Wat kreeg je van huis uit mee? “Ik kreeg van mijn ouders alle vrijheid om te ontdekken wat ik leuk vond, maar kreeg ook mee dat ik alles moest kunnen beargumenteren. Dat doe ik nu nog steeds. Ik was vroeger geen ijverige leerling, tot mijn ouders me vertelden dat je met een hoog diploma meer keuzes hebt in het leven."


"Werkgevers zouden moeten kijken naar wat iemand kan, niet of ze een diploma hebben."

"De groep waarvoor wij ons nu inzetten lukt het niet altijd een startkwalificatie te halen, hun opties zijn daardoor gelimiteerd. Statistieken wijzen uit dat je zonder startkwalificatie minder kansen hebt op de arbeidsmarkt. Zie hier de uitdaging om een goede route te hebben van school naar werk. Werkgevers zouden daarbij moeten kijken naar wat iemand kan, niet of ze een diploma hebben. En ook belangrijk, iedereen volgt zijn eigen route. Sommige mensen weten al vroeg wat ze later willen gaan doen en worden dat ook, een ander is langer op zoek naar wat hem of haar ligt. Soms is het duurzamer wanneer een contract na een half jaar eindigt omdat het werk toch niet bij je past. Dat is niet erg, ook jongeren zonder beperking zitten niet gelijk op ‘hun’ plek. Wel moet er uiteraard ondersteuning zijn om een volgende, wel passende baan te vinden."


"Jonggehandicapten nemen een bijzondere positie in, zij hebben vaak al vanaf hun geboorte te maken met exclusie. Voor hen is volwaardige deelname aan onze samenleving geen gegeven. De overgang van school naar werk is daarin een belangrijke fase. Niet alleen speelt deze overgang, er verandert nog meer: volwassen worden, loskomen van ouders, relaties aangaan. Heel wat uitdagingen!”


Wat is jouw rol binnen dit project? “Wat ik specifiek inbreng is mijn kennis van re-integratie en de overgang van school naar werk. Via mijn werk voor de Landelijke Cliëntenraad heb ik ervaring in het geven van een stem aan mensen die werk zoeken. Daarom gaan we ook arenagesprekken organiseren. Laat mensen meepraten over hun ondersteuning, een belangrijk beginsel in het VN verdrag inzake mensen met een handicap. Natuurlijk vragen stagedocenten ook aan hun leerlingen wat zij willen en of de ondersteuning daarbij aansluit. Tijdens de arenagesprekken geven we de (ex-)leerlingen op een andere manier een stem. Ervaringen met arenagesprekken leren dat deze vorm op een indringende wijze in beeld brengt hoe leerlingen de ondersteuning ervaren en waar hun wensen en behoeften liggen. Ook dat deze gesprekken leiden tot verbeteringen van de geboden ondersteuning.

Ik ben al zo lang werkzaam rondom dit thema, dat ik goed weet wat voor onderzoek en kennis er allemaal al is die we kunnen inzetten. Fijn ook om in een projectteam te werken waar zoveel verschillende expertise aanwezig is. We kunnen behalve vanuit het perspectief van de leerling ook goed vanuit het werkgeversperspectief naar zaken kijken. Werkgevers worden ook actief bij het project betrokken o.a. in focusgroepen waarin we met hen in gesprek gaan. Belangrijk, want we kunnen leerlingen nog zoveel ondersteuning bieden om aan werk te komen, maar als de deur van de werkgever dicht blijft zal die overgang naar werk niet slagen.”


Waar kijk je het meeste naar uit? “Ik kijk er het meeste naar uit om de stagebegeleiders te gaan inspireren, hen extra houvast te geven waarmee ze een kwalitatieve goede schep bovenop hun werk kunnen doen. Dat doen we via het Actielab. Dat is een beproefde methode voor professionals die een centrale rol hebben bij de arbeidstoeleiding van werkzoekenden. Het Actielab helpt deelnemers om een weg te vinden in een complexe wereld van betrokkenen en belanghebbenden. En we bieden, ook via onderlinge uitwisseling, bruikbare (wetenschappelijke) kennis, tools en regelingen. We verbinden hiermee niet alleen stagebegeleiders, maar willen willen ook dat de vele best practices die er zijn in het hele land met elkaar delen zodat we elkaar daarmee kunnen inspireren.”


“Ik vind het wel spannend of de leerlingen uiteindelijk zelf ook vinden dat ze geholpen zijn. Daar doen we het uiteindelijk allemaal voor”

Waar ben je het meeste benieuwd naar? “Ik vind het wel spannend of de leerlingen uiteindelijk zelf ook vinden dat ze geholpen zijn. Daar doen we het uiteindelijk allemaal voor. En of de stagebegeleiders vinden dat ze hun leerlingen nog betere ondersteuning kunnen bieden bij hun route van school naar werk. Onze verwachting is dat professionals de bouwstenen die we in het het project bieden goed kunnen en zullen gaan gebruiken.


Wanneer ben je tevreden? Als andere scholen zich melden omdat ze meer willen leren over het project, dan is ons ‘jaloersmaakvirus’ goed op gang gekomen. Want het kan altijd beter, we kunnen nog zoveel meer voor deze doelgroep betekenen. Mijn ambities voor dit project zijn hoog, maar ik besef ook dat scholen onafhankelijk zijn. Ze bepalen zelf waar ze aan mee doen. Wij kunnen alleen maar inspireren en ze aansteken.”


bottom of page